MAN CAVE

Ook al valt de evolutie niet te ontkennen, in elke man schuilt toch nog een beetje holbewoner. Wanneer we na teveel eten schaamteloos onze broek wat losser zetten. Wanneer we na het laten van een boer of scheet ‘wat?’ zeggen in plaats van ‘pardon’. Maar het mooiste bewijs van die archeologische genen, is toch de vreugde die een man ervaart wanneer hij alleen of onder vrienden in zijn ‘man cave’ zit. Dat kan een schuur zijn, een garage, een zolder of een tuinhok, als het maar niet te netjes is en er geen lik pastel aan te pas komt. Wat ben je met die witgeschilderde frutsels? Kadertje hier, kussentje daar. Wat ben je met een uitstalling van pompoenen als je honger hebt? In een man cave moeten gewoon jouw spullen liggen, dingen die jij nodig hebt… ooit en die vrouwen steevast in de vuilbak kieperen. Keer op keer. Een oude kurkentrekker uit je scoutsdagen, die winterbanden die ooit nog eens van pas gaan komen, die helaas kromgetrokken strips die je wou verkopen. Kortom nuttige dingen en geen frutsels. Is er iets mooier dan het kraken van een oude radio waar je met behulp van een ijzerdraadje wel twee zenders mee kan ontvangen? En die oude ijskast waar die groentebak van ontbreekt en die zwaar brommend haar toeren haalt... die is toch perfect om een drankvoorraad in te hamsteren. Wie heeft groenten nodig als je druiven of hop kan drinken? Het enige echt noodzakelijke van zo’n eigen hangplek is een toog. Het hoeft zelfs niet echt een toog te zijn, iets waar je kan achter staan als er makkers komen. Een plank op een oude kast is goed, als we er maar peinzend met de elleboog kunnen op leunen. Genietend in uitgesteld relais. Want meisjes die krijgen alles waar ze van dromen, hele Barbiehuizen, naaimachines en winkeltjes. Maar heb je ooit een jongetje een ‘speel-café’ weten krijgen van de sint? Tja, dan moet je er wel zelf eentje timmeren met die gereedschapskist van Fisher Price. En blij dat ik ben met mijn “Bar End” achterin de tuin!