Pieter Koecke
Geboren Fort Sint Anna circa 1673-begraven Hengstdijk 6.12.1715. Zoon van Anthonij Koecke, schoolmeester, en Julientie Verduijn uit Hulst.
Schoolmeester, voorzanger en koster te Hengstdijk, 1693-1715; koster en doodgraver van Pauluspolder, (1709)-1715. Diaken te Hengstdijk, (1706)
Trouwt te Hengstdijk 20.6.1694 met Dorothea (Dirckje) Heiking, geboren Aalten. Hieruit onder andere Everardus Koecke (circa 1699-1747), schoolmeester.
Meester Pieter Koecke werd rond 1673 geboren in het voormalige fort Sint Anna in de inmiddels verdwenen polder van Namen (nu het verdronken land van Saeftinghe). Het is niet zo gek dat hij het vak van onderwijzer “koos” aangezien zijn vader, Anthonij Koecke, dit ook was maar dan aan de school in het fort.
Pieter bekleedde van 1693 tot 1715 de post van onderwijzer in Hengstdijk. Aangezien kerk en onderwijs in die tijd nog nauw samenhingen is het niet verwonderlijk dat zowel vader als zoon ook voorzanger en koster in de kerk waren. (ps. Deze samenhang wordt ook onderstreept door het feit dat tot 1844 de school van Hengstdijk aan de noord-westkant van de kerk lag.)
Waar de familie Koecke oorspronkelijk vandaan komt voordat zijn naar de polder van Namen kwamen is niet duidelijk. Professor Leune veronderstelt dat zij mogelijk afkomstig waren van het eiland Tholen. Daar komt in de eerste helft van de 17de eeuw zowel de familienaam Koecke voor in combinatie in fort Sint Anna meest voorkomende voornamen (Pieter, Jacobus en Anthonij). Doordat veel van de gegevens uit de eerste helft van de 17de eeuw uit Poortvliet en Sint Annaland verloren zijn gegaan kan de link echter niet definitief worden aangetoond.
Onder andere uit het Gemeente archief Hulst, archief Hulsterambacht, inv. 210 komt volgende informatie. In 1699 werd hij aangeklaagd wegens een “ongeregeld leven”. Er ontstond over de beoordeling daarvan een competentiegeschil tussen de classis Zuid-Beveland en de Raad van State (NA, Raad van State, inv. 490, fol. 565 v, 25-6-1699). Het Hof van Vlaanderen te Middelburg achtte Koeke onschuldig en ontsloeg hem van rechtsvervolging. De predikant van Hengstdijk verklaarde ten behoeve van gedeputeerden van de Raad van State dat Koeke zich sinds hij beschuldigd werd “wel en eerlijck” had gedragen (NA, Raad van State, inv. 1593, Verbaal Hulst najaar 1699, fol. 72 v-73). De Raad van State ondernam hierna geen verdere stappen.
Brief waarin weduwe van P. Koeke vraagt om een tegemoetkoming in de kosten voor het onderhouden van de kerkdiensten en de school na het overlijden van haar partner.
Aen de Edel Mogende heeren en raden
van State der Verenigde
Nederlanden
(Hier bij geef ik) in alle onderdanigheijt te kennen
de weduwe van wijlen Pieter Koeke, in sijn leven
koster, voorleser en schoolm(eeste)r van Hengstdijck en
Pauwels polder, dat sij suppliante ’t zedert
het overlijden van haar man tot nu toe,
op haar eigen costen heeft gesorgt dat
de kerkelijke en schooldiensten, tot genoegen
van de gansche gemeente sijn waergenomen
als bij de certificatie vanden predikant van
Hengstdijck en Pauwels polder ten desen
annex is blijkende ende verwijl nu bij u edele moge(nde)
een ander koster, voorleser en schoolm(eeste)r
in plaetse van wijlen haar gem(elde) man is
aangestelt, soo keert de suppliante haar
tot u Ed(ele) Mog(ende) ootmoedelijck versoeckende
dat u Ed(ele) Mog(ende) aan haar gunstelijck gelieven
te accorderen het koster, voorleser en
schoolm(eeste)r tract(etment), tot den dag toe dat den
anderen schoolm(eeste)r en voorleser in plaetse van
wijlen haar man bij u Ed(ele) Mog(ende) is aangestelt
Dit doende
handtekening (niet te lezen)
Brief van 18 maart 1716 van predikant A. de Wael die als bewijsstuk gebruikt wordt bij bovenstaande brief
Den onderschreven predikant van Hengstdijk en
Pauwels polder certificeert en verklaard bij dese
dat de weduwe van wijlen Pieter Koeke, gewesen koster,
voorsanger en schoolm(eeste)r der voornoemde parochien na
sijn dood tot nu toe de kerkelijke en schooldiensten
op haer eigen kosten wel en na behooren heeft laeten
waernemen tot volkome genoegen van de gansche
gemeente, en dat daer mede soo lange sal continueren
tot april eerstkomende, of tot dat het beroep van
den nieuw verkose schoolmeester van haer edel mogende
sal geapprobeert zijn.
A. de Wael.